Bron: www.knvb.nl
Hij studeerde bestuurskunde aan de Vrije Universiteit, maar niet met als doel bestuurder te worden. “Ik wilde boeven vangen’’, zegt Frank Paauw. Hij belandde als hoofdcommissaris uiteindelijk toch in de bestuurdersrol en sinds 1 september heeft hij officieel zijn politie-uniform verruild voor de voorzittershamer van de KNVB. “Ik heb ontzettend veel bewondering voor alle bestuurders van voetbalverenigingen, groot en klein’’, zegt hij.
Officieel is Paauw bijna twee maanden aan de slag bij de KNVB. Maar tijdens het EK afgelopen zomer in Duitsland draaide hij alvast een beetje warm. “Het is natuurlijk heel bijzonder en leuk om meteen zo’n groot evenement mee te maken, zelfs al voor ik officieel begonnen was. Daardoor kwam de aandacht al snel op het betaald voetbal en de topsport. Maar de KNVB heeft bijna 1 miljoen leden in het amateurvoetbal en ik wil voorzitter zijn van álle leden”, benadrukt hij.
Werkbezoeken
De komende tijd staat daarom voor een groot deel in het teken van het leren kennen van het amateurvoetbal. De eerste wedstrijdbezoeken en bijeenkomsten met bestuurders en afgevaardigden van verenigingen staan gepland, al kent Paauw (1958) het amateurvoetbal behoorlijk goed. Al zestig jaar loopt hij op de velden rond. Eerst als jeugdspeler bij Limvio in Baarn, daarna bij XerxesDZB in Rotterdam en inmiddels als veteraan bij Graaf Willem II VAC in Den Haag. “Veteranen 1 hè? Maar we hebben maar één veteranenteam op zondag, dus een selectiebeleid was niet bepaald nodig’’, zegt hij met een lach.
Ik zeg niet dat het vroeger makkelijk was, maar er komt tegenwoordig heel veel af op bestuurders van verenigingen.
Toevallig is de huidige voorzitter van Paauws club een teamgenoot. En de voormalige voorzitter ook. En ook bij XerxesDZB speelde hij met verschillende bestuurders samen. “Ook bij verenigingen waar we met het team komen, spreek ik geregeld met bestuurders. Daardoor heb ik denk ik wel een goed beeld van wat er speelt bij amateurverenigingen en wat bestuurders bezighoudt. Nee, ik heb nooit zelf in het bestuur van een vereniging gezeten. Ik heb wel vrijwilligerswerk gedaan achter de bar en als scheidsrechter, maar een bestuursfunctie was altijd lastig te verenigingen met mijn werk bij de politie. Dan zou ik te vaak vergaderingen moeten afzeggen en in het weekend niet op de club kunnen zijn en dat vind ik niet kunnen.”
Bestuurservaring
Toch heeft Paauw bestuurservaring genoeg. Hij begon als rechercheur, werkte bij de ME, maakte Oud en Nieuw in de Schilderswijk mee en ving de boeven die hij altijd had willen vangen. “Maar op een gegeven moment groeide ik in een rol waarin ik mocht nadenken over het werk dat gedaan werd en waarom, hoe het beter kon en hoe we ervoor konden zorgen dat de driehoek (de burgemeester, de korpschef en de hoofdofficier van justitie, red.) de juiste beslissingen nam. Ik kwam aan tafels te zitten met bestuurders vanuit de gemeente, belangenverenigingen en ook het voetbal (tijdens EURO2000 was Paauw stadioncommandant in Rotterdam, sinds 2004 werkte hij als veiligheidsadviseur voor de UEFA en hij was vijftien jaar portefeuillehouder Betaald voetbal namens de Nationale Politie, red.).” Hij hield zich steeds meer bezig met beleid en in 2010 werd hij als hoofdcommissaris in Rotterdam officieel bestuurder. “Ik ben gaandeweg in de bestuurdersjas gegroeid’’, zegt Paauw, die de afgelopen zes jaar hoofdcommissaris in Amsterdam was.
Je kunt veel op intuïtie, maar het is goed om ook de theorie te kennen.
In die jas had hij veel aan zijn studie bestuurskunde. “Je kunt veel op intuïtie, maar het is goed om ook de theorie te kennen. Hoe werken organisaties? Wat zijn onderliggende patronen?” Ook tijdens zijn loopbaan volgde Paauw regelmatig bijscholingen op het gebied van persoonlijke ontwikkeling en leiderschap.
Continue ontwikkeling
Continue ontwikkeling is belangrijk, vindt hij. Voor professionele bestuurders, maar ook voor bestuurders van amateurverenigingen. “Ik heb veel bewondering voor bestuurders van sportverenigingen. Ik ken een aantal van hen persoonlijk en als ik zie wat ze allemaal doen voor de club, naast hun baan, dan neem ik daar mijn pet voor af. Ik zeg niet dat het vroeger makkelijk was, maar er komt tegenwoordig heel veel af op bestuurders van verenigingen. Leden hebben hun wensen en eisen, externe partijen willen van alles, er zijn fusies, duurzaamheidsvraagstukken, financiële zaken, investeringen in nieuwe clubhuizen, sociale veiligheidseisen in de sport, sociale media, een tekort aan vrijwilligers en ga zo maar door. Het vergt veel om bestuurder te zijn van een vereniging.”
Maar tegelijkertijd levert het mensen ook veel op om bestuurder te zijn. Kennis, ontwikkeling en een schat aan ervaring waar je de rest van je leven op kunt bouwen. Om bestuurders bij te staan, biedt de KNVB verschillende mogelijkheden voor bestuurders om zich te ontwikkelen. Bestuurscoaching en de opleiding Besturen met Impact bijvoorbeeld. “Het voetbal heeft goede bestuurders harder nodig dan ooit. Sterke bestuurders zorgen voor sterke en toekomstbestendige voetbalverenigingen’’, zegt Paauw.
Opleiding Besturen met Impact
De KNVB heeft de verantwoordelijkheid om bestuurders te ondersteunen en hen te helpen om zich te ontwikkelen.
Hij vindt het dan ook fantastisch dat steeds meer voetbalbestuurders een scholing hebben gedaan. Paauw hoopt dat nog veel meer bestuursleden zich aanmelden voor de opleiding Besturen met Impact. “De KNVB heeft de verantwoordelijkheid om bestuurders te ondersteunen en hen te helpen om zich te ontwikkelen. Ze staan er niet alleen voor. Met de opleiding, bestuurscoaching en alle collega’s die verenigingen ondersteunen wil de KNVB verenigingen bijstaan. Zo kunnen we er samen voor zorgen dat die miljoen Nederlanders ook in de toekomst kunnen blijven voetballen bij bloeiende verenigingen.”
Geef als eerste een reactie op "Frank Paauw: ‘Het voetbal heeft goede clubbestuurders harder nodig dan ooit’"