Bron: www.knvb.nl
Het strategisch plan 2022-2026 van de KNVB is ruim anderhalf jaar onderweg. Tijd om eens te kijken hoe het ermee staat en wat amateurclubs hebben aan het strategisch plan. Ralf Reniers, hoofd strategie en beleid van de KNVB, vertelt er graag over.
Ralf, wat is het strategisch plan?
“Iedere vier jaar laat de KNVB als vereniging met het strategisch plan aan de achterban zien wat we de komende jaren gaan doen. In het strategisch plan staat een aantal hoofddoelen en manieren waarop we die willen bereiken. Tussentijds meten we de resultaten. In het strategisch plan komen onze drie belangrijke pijlers terug: amateurvoetbal, betaald voetbal en de Oranjeteams.”
Wat zijn de doelstellingen tot en met 2026?
“We hebben zes hoofddoelen geformuleerd: een groot toernooi winnen met de mannen en/of de vrouwen, meer fans en supporters, ons betaald voetbal op een hoger niveau krijgen, meer voetballers, zorgen voor toekomstbestendige amateurclubs en meer zichtbare maatschappelijke impact. Met name die laatste drie doelen hebben natuurlijk te maken met het amateurvoetbal en de verenigingen.”
We hebben de ambitie dat in 2026 minimaal 1 miljoen voetballers deelnemen aan KNVB-competities, waarvan 155.000 vrouwen en meisjes
Laten we beginnen met het doel meer voetballers. Wat merken verenigingen van het strategisch plan en wat hebben ze eraan?
“We hebben de ambitie dat in 2026 minimaal 1 miljoen voetballers deelnemen aan KNVB-competities, waarvan 155.000 vrouwen en meisjes. Dat willen we onder andere bereiken door het aanbod beter te laten aansluiten op de vraag, vanuit verenigingen en leden. We hebben de afgelopen jaren het competitieaanbod op een paar punten aangepast. Zo speelt de jeugd in fases. Vorig seizoen zijn de meidencompetities aangepast en zijn we begonnen met een aantal vernieuwde spelregels bij de O13. Met dit vernieuwde aanbod willen we het plezier vergroten, meer voetballers trekken en ze ook langer vasthouden. Dat is uiteraard goed voor de verenigingen.”
Bedenkt de KNVB al deze vernieuwingen zelf?
“Nee, het is een wisselwerking met de verenigingen. We hebben clubs gevraagd waar behoefte aan is en wat aansluit bij de wensen van leden.
Een ander speerpunt is het toekomstbestendig maken van amateurverenigingen. Wat doet de KNVB hier aan?
“We zetten met de KNVB Academie in op het opleiding van trainers, scheidsrechters, bestuurders en coördinatoren. Daar zijn we goed in als voetbalbond. We hebben bijvoorbeeld de opleiding Besturen met Impact, die overigens sportbreed wordt aangeboden. Ook zijn we gestart met Eén-Tweetje, het platform voor en door verenigingsbestuurders. Bestuurders kunnen elkaar vragen stellen en helpen. Er zit ontzettend veel kennis bij verenigingen. Vaak hebben bestuurders meer verstand van bepaalde zaken dan medewerkers van de KNVB. Het is goed om die kennis te benutten.”
Het strategisch plan zet ook in op meer vrouwen in voetbal. Niet alleen speelsters, maar ook vrouwelijke bestuursleden, trainers en scheidsrechters. Waarom vindt de KNVB dat belangrijk?
“We geloven dat de dynamiek op een club positief beïnvloed wordt door een divers kader. Vrouwen vinden andere dingen belangrijk, werken op een andere manier samen dan mannen. Vrouwelijke leden hebben andere wensen dan mannelijke leden, bijvoorbeeld over hoe het clubhuis eruit ziet. We geloven dat een club een leukere plek wordt voor iedereen als het kader diverser is.”
Wat kan de KNVB hier aan doen?
“Naast inspireren kunnen we bijvoorbeeld kijken naar eisen om aan opleidingen deel te nemen. Neem de opleiding voor Hoofd Opleiding. Daar is minimaal een bepaald trainersdiploma voor nodig. Er zijn heel veel mannen met dat diploma bij clubs, maar niet veel vrouwen. Wellicht kunnen we de eisen zo aanpassen dat ook vrouwen de opleiding kunnen volgen. Of we kunnen een scheidsrechters- of trainersopleiding speciaal voor vrouwen organiseren. Nu is er vaak maar één vrouw in een groep mannen en niet iedereen vindt dat prettig. Er zijn steeds meer vrouwen die zelf voetballen of gevoetbald hebben. Die hebben veel in hun mars, maar aan hen wordt vaak niet gedacht voor bepaalde functies binnen een vereniging. Dat is zonde.”
Elk weekend brengt het voetbal honderdduizenden mensen samen. We moeten als KNVB nog meer de positieve aspecten van het voetbal over het voetlicht brengen.
Kun je tot slot nog iets vertellen over het zichtbaarder maken van de maatschappelijke impact van voetbal?
“Elk weekend brengt het voetbal honderdduizenden mensen samen. Ze sporten, wat goed is voor de gezondheid, maar op de verenigingen gebeurt zoveel meer. Het zijn ontmoetingsplekken, hartstikke belangrijk in een tijd waarin de sociale cohesie onder druk staat. Als het ergens mis gaat, op een amateurveld of in een stadion, dan is daar enorm veel aandacht voor. Alles wat elke weekend goed gaat, wordt als vanzelfsprekend ervaren. We moeten als KNVB nog meer de positieve aspecten van het voetbal over het voetlicht brengen. Gezondheid, samenzijn, jezelf ontplooien, duurzaamheidsoplossingen, inclusieve verenigingen, mensen die zich belangeloos inzetten voor anderen, sportiviteit en respect, leren omgaan met emoties, winst en verlies: dat is voetbal en daar moet veel meer aandacht voor komen.”