Sterk geboortemaandeffect in het Nederlandse jeugdvoetbal

Bron: www.knvb.nl

Een kind dat in december geboren wordt, heeft minder kans om geselecteerd te worden voor een hoger team dan een leeftijdgenootje dat in januari ter wereld komt, ook al is er geen verschil in aangeboren talent. Dit noemen we het geboortemaandeffect. Oorzaak is de indeling van kinderen in jaargangen in combinatie met vroege selectie.

Canadese wetenschappers ontdekten het geboortemaandeffect in de jaren tachtig voor het eerst. Uit onderzoek bleek dat in de National Hockey League (NHL), de hoogste afdeling van volkssport nummer één in Canada, twee keer zoveel spelers geboren waren in het eerste kwartaal van het jaar dan in het laatste. Sinds die ontdekking is het geboortemaandeffect uitgebreid onderzocht en internationaal aangetoond in diverse sporten. Ook in het onderwijs is sprake van een geboortemaandeffect. In dit artikel richten we ons uiteraard op voetbal.

ELK JAAR GAAN DUIZENDEN KINDEREN NAAR DE VERKEERDE SCHOOL VANWEGE HUN GEBOORTEMAANDKlik hier voor een artikel op De Correspondent over het geboortemaandeffect in het onderwijs.

Twee keer zoveel selectiespelers uit eerste kwartaal

Uit de cijfers blijkt dat ook in het Nederlandse jeugdvoetbal sprake is van een sterk geboortemaandeffect. Als we kijken naar de cijfers van de eerste elftallen bij alle amateurclubs met minimaal drie teams per leeftijdscategorie in Nederland op dit moment, blijkt dat in alle categorieën het aantal kinderen uit het eerste kwartaal veel hoger is dan het aantal kinderen dat is geboren in het tweede kwartaal. In de jongste categorieën is dat zelfs meer dan twee keer zoveel.

Q1 = geboren in januari, februari of maart
Q4 = geboren in oktober, november of december

Verschil in ontwikkeling

Kinderen die geboren worden in de maanden januari tot en met maart hebben niet per se meer aangeboren voetbaltalent, dus de vraag rijst: waar komt het geboortemaandeffect vandaan? Spelers worden ingedeeld in jaargangen. Daarbij is sprake van een peildatum, in het voetbal is dat 1 januari. Spelers geboren vlak ná die peildatum zijn de oudste spelers in het cohort en spelers die vlak vóór de peildatum geboren zijn, de jongste. Er is binnen dezelfde jaargang sprake van een relatief leeftijdsverschil. Januarikinderen zijn als oudste in hun jaargang over het algemeen sterker, groter, vaardiger, en ook in sociaal-cognitief opzicht verder dan decemberkinderen die simpelweg bijna een jaar jonger zijn.

Hoe jonger de kinderen hoe groter het relatieve leeftijdsverschil binnen dezelfde jaargang. Bovendien is er vaak een verschil in voetballeeftijd, oftewel: hoe lang zitten de kinderen al op voetbal? Er zijn kinderen die al op hun vijfde beginnen met voetbal, terwijl anderen zich pas op hun zevende of achtste bij een club aanmelden. Bij het eerste selectiemoment worden daarom vaak kinderen vergeleken die niet dezelfde voetballeeftijd hebben.

De verschillen in ontwikkeling, spelen een grote rol bij de selectie van kinderen voor de hogere teams binnen een vereniging, en ook als het gaat om scouting door betaald voetbalclubs. Kinderen uit het eerste kwartaal komen sneller in selecties terecht omdat zij ouder zijn, en dus vaak net iets verder in hun ontwikkeling dan jaargenoten uit het laatste kwartaal. Het geboortemaandeffect is zo sterk dat het, zelfs als de verantwoordelijken voor het selectieproces zich er bewust van zijn, niet direct afneemt.

Niet ieder kind een eerlijke kans

Gezien het feit dat de fysieke en sociaal-cognitieve verschillen tussen vroeg in het selectiejaar geboren kinderen en later geboren kinderen kleiner worden naarmate de kinderen ouder worden, zou je verwachten dat het effect bij selecties in oudere jeugdcategorieën minder wordt en dat het bij de senioren niet meer uitmaakt. Niets is minder waar. Doordat de kinderen uit het eerste kwartaal al vanaf jonge leeftijd eerder werden opgepikt voor zogeheten selecties, kregen zij al vroeg meer kans om zich te ontwikkelen. Immers, selectieteams krijgen in de regel vaak meer training, en/of betere trainers en meer aandacht, bovendien spelen zij tegen andere talententeams waardoor de spelers zich op een hoger niveau kunnen ontwikkelen dan leeftijdsgenootjes in lagere elftallen.

Wat je aandacht geeft bloeit en daar hebben vroeg in het jaar geboren kinderen baat bij. Andersom betekent dit ook dat er veel talent verloren gaat. De potentieel goede, maar jongere voetballers uit de tweede helft van het jaar missen vaak al in de jongste jeugdcategorieën de boot en blijken de achterstand die zij daardoor oplopen vaak niet meer in te kunnen halen. Deze (nooit herkende) talenten wordt niet alleen een kans ontnomen, veel van hen zullen teleurgesteld vroegtijdig afhaken. Vanwege het geboortemaandeffect gaat veel talent verloren, maar misschien wel het allerbelangrijkste niet iedere speler krijgt de kans om zijn of haar potentieel optimaal te benutten.

Gelijke kansen

Het geboortemaandeffect is niet eenvoudig op te lossen. Hoe kunnen we er nu voor zorgen dat ieder kind de kans krijgt om de beste versie van zichzelf te worden? Onderzoeker en geboortemaandeffectspecialist Steve Lawrence pleit er bijvoorbeeld voor om in plaats van jaargangen een gemiddelde teamleeftijd in te voeren bij de jeugd, om er op die manier voor te zorgen dat trainers gedwongen worden selecties evenrediger over het jaar te verdelen. Andere oplossingen zijn om te werken met jaar- of kwartaalteams. Dat laatste is echter niet alleen lastig te organiseren er manifesteert zich ook een nieuw geboortemaandeffect rond de nieuwe peildata.

HET EXPERIMENT TEGEN HET GEBOORTEMAANDEFFECT WAS EEN BELACHELIJK GROOT SUCCESMichel de Hoog schrijft op De Correspondent over een pilot bij FC Weesp met de average team age om het geboortemaandeffect tegen te gaan.

De KNVB maakt zich sterk voor gelijke kansen. Door om te beginnen in de pupillencategorie t/m 12 jaar in ieder geval niet te snel en small te selecteren, bedienen we een grote(re) groep kinderen gedurende een langere periode optimaler. Alle voetballers krijgen op die manier de mogelijkheid om hun potentie optimaal te benutten en maximaal plezier te beleven aan het spel.  Onderzoek heeft uitgewezen dat kinderen zich hierdoor meer gezien voelen, waardoor ze ook langer voetballen. Ook  nemen de mogelijk negatieve bijzaken van een (te) vroege en selecte wijze van teamindelen sterk af voor zowel kind als betrokkenen.

VERDIEPING GELIJKE KANSENDe KNVB is al in 2018, in samenwerking met een aantal amateurverenigingen, gestart met het project Gelijke Kansen Jeugdvoetbal. Met het project Gelijke Kansen Jeugdvoetbal doet de KNVB in de praktijk en met behulp van alle wetenschappelijke kennis onderzoek naar het creëren van een opleidingsmodel dat meer recht doet aan de complexe voetbalontwikkeling van jeugdspelers.

Zoals duidelijk wordt, is het geboortemaandeffect een complex en hardnekkig fenomeen. Al meer dan drie decennia is het onevenredige verschil tussen vroeg en laat geboren jeugdsporters bekend, maar nog steeds lijkt er geen op grote schaal toepasbare oplossing voor te zijn gevonden. Er is dus al lange tijd aandacht voor het effect en maar in de praktijk is er weinig mee gedaan. Daar wil de KNVB wat aan veranderen. De komende tijd gaan we meer publiceren over het geboortemaandeffect en daarbij zullen we ook aandacht besteden aan, en samen op zoek gaan naar mogelijke oplossingen.